De beuzelarijen van Debels (2)

Kent u Thierry Debels? Ik ook niet. Tot vorige week bleek dat deze grote economist en al even grote onderzoeksjournalist een boek gaat uitgeven, getiteld: Hoe goed is het goede doel. Zonder meer een briljante vondst op taalkundig gebied. Helaas toont hij zich inhoudelijk en deontologisch minder onderlegd dan in de discipline der slappe woordspelingen. Een gans hoofdstuk lanceert hij de ene aanval na de andere op de ngo Vredeseilanden. Want Thierry heeft schandalen geroken! En hij heeft interne documenten en kent ontslagen werknemers, stel u voor! En wat doe je dan als grote onderzoeksjournalist? Juist ja, de betrokkene vooral niet laten reageren.

Dan moet men maar achteraf reageren op Thierry’s beuzelarijen. De mooiste vondst – maar voor de docent economie die Thierry Debels zou (geweest) zijn meteen ook de pijnlijkste – is die waarin hij het heeft over de financiën. Ondanks dat Thierry uit de Toegepaste Economische Wetenschappen komt, geeft hij namelijk op geen enkel moment de indruk een boekhouding of jaarverslag te begrijpen.

Om het even concreet te maken: volgens Debels’ berekeningen verdien ik persoonlijk iets van een 55.000 euro bruto per jaar. “Ontstellend veel”, kraait Thierry. Helemaal akkoord, Debels! Laat ons dus in het kader van een operatie transparantie maar eens onthullen hoeveel ik écht verdien. Da’s geen groot geheim hoor, Thierry, en in tegenstelling tot veel andere Belgen doe ik daar niet geheimzinnig rond.

loon

Zo, Thierry, dat had je eigenlijk ook gewoon op voorhand kunnen vragen, want we zijn dorpsgenoten, zo blijkt!

Nu ben jij aan de beurt: hoeveel strijk jij zo op? En zullen we dan nog eens kijken wie van ons “ontstellend veel” verdient? Transparantie boven alles, nietwaar? De lonen van mijn bazen las je waarschijnlijk ook al op onze antwoordpagina. Die zijn zo ontstellend dat je met een carrière in het onderwijs beter af bent.

Piramide

Dezelfde methodologische kwakzalverij legt Debels aan de dag als hij het over de fameuze “15 euro-piramide” van Vredeseilanden heeft. Van de 100 euro zou er maar 15 euro bij “de arme boer” geraken. De rest zou blijven plakken, onder andere bij mijn “ontstellend hoog” loon en de partnerorganisaties.

Wel Thierry, om die partnerorganisaties gaat het hem juist. Om het nog straffer te stellen: onze doelstelling is dus om zelfs geen 15 euro RECHTSTREEKS te moeten geven. Vredeseilanden verschaft immers geen inkomen aan de boeren met wie we werken, maar zorgt er net voor dat die boeren zelf hun inkomen kunnen halen uit hun werk. Het is niet de bedoeling om boeren afhankelijk te maken van giften “voor het goede doel”.

Helpen is hulp overbodig maken, remember? Hier in België zijn we het er allemaal over eens dat we mensen niet in de sociale hangmat mogen laten terechtkomen, maar bij ontwikkelingssamenwerking moeten we nog altijd rechtstreeks blanco cheques uitschrijven? Geld uitdelen aan “de armen” is moeilijk structurele hulp te noemen.

Hetzelfde verwijt maakt Debels trouwens aan 11.11.11 op de tweede bladzijde in de ondertitel (daarvan zou zelfs maar 1 euro op 100 terchtkomen). Verder komt 11.11.11 echter geen enkele keer voor in dat boek en legt Debels ook niet uit op wat zijn “onthulling” gestoeld is.

“Die ondertitel is door mijn uitgever gekozen”, jammert Debels achteraf. Wel, Thierry, jij en je uitgever zijn voor elkaar geboren. Jullie geven namelijk beide geen barst om de juistheid van wat jullie schrijven.

Debels, gij zijt nen hele grote!

De beuzelarijen van Debels (1)

Thierry Debels bezorgt overwerk.

PERSBERICHT:

Vredeseilanden is zwaar geschokt door de onwaarheden in het laatste boek van Thierry Debels. “Vredeseilanden pleegt regelrechte fraude”, stelt Debels. Debels stelt ook dat slechts 15% van het budget naar het Zuiden gaat. Vredeseilanden overweegt om gerechtelijke stappen te ondernemen tegen de lasterlijke aantijgingen.

Vredeseilanden werkte in 2006 met een budget van 12 miljoen euro. Dit budget werd gerealiseerd dankzij verschillende financieringsbronnen:

  • gouvernementele financiering: 72%
  • NGO’s, stichtingen en bedrijven: 11%
  • particuliere opbrengsten: 17%

Dit totale budget wordt, na goedkeuring door de raad van bestuur en de algemene vergadering, als volgt verdeeld:

  • ondersteunende diensten (personeel, financiën, communicatie, fondsenwerving, secretariaat, directie): 12 %
    dit wil zeggen dat 88% van het budget rechtstreeks besteed wordt aan de doelstellingen van de organisatie – zoals bepaald in onze missie en het zesjarenplan.
  • programma in het Zuiden (13 landen): 77%
  • programma in het Noorden (educatie, beleidsbeïnvloeding, kennisbeheer,…): 11%

Debels geeft blijk van een achterhaalde visie op ontwikkelingssamenwerking, waarbij boeren afhankelijk blijven van ontwikkelingshulp via giften.

Vredeseilanden is geen noodhulporganisatie maar een structureel werkende NGO met doelstellingen op lange termijn. Vredeseilanden zorgt er net voor dat boeren ZELF hun inkomen kunnen halen uit hun arbeid, waardoor ze niet afhankelijk blijven van giften van hulporganisaties. Vredeseilanden ondersteunt daarom boerenorganisaties, die opleidingen geven, aan productieverbetering werken, zorgen dat de producten hun weg vinden naar de consument en dat aan een goede prijs.

De aantijging dat Vredeseilanden fraude pleegde in Zimbabwe, zoals Debels schrijft en die hij nog eens herhaalt in de pers, is volstrekt uit de lucht gegrepen. Een medewerkster van Vredeseilanden meldde in het verleden een vermoeden van fraude, waarop Vredeseilanden dit onmiddellijk liet onderzoeken door een internationaal onafhankelijk auditbureau, dat concludeerde dat er geen sprake was van fraude. Het kantoor in Zimbabwe werd gesloten omdat het regime van Mugabé woekertaksen oplegde aan de ngo’s, waardoor de werking er onbetaalbaar werd.

Alle andere aantijgingen die Debels maakt in zijn boek zijn door ons gemakkelijk weerlegd en de antwoorden zijn beschikbaar op de website.

Het valt te betreuren dat Debels niet de moeite deed om aan Vredeseilanden een reactie op de aantijgingen te vragen, waarvan Debels zelf in De Standaard toegeeft dat ze slechts gestoeld zijn op de verklaringen van twee ex- werknemers. Door ons te consulteren hadden er veel “waarschijnlijken” en “wellichten” in het boek kunnen vermeden worden en hoefde er geen foute informatie verspreid te worden.

Wij vinden transparantie en verantwoording van onze activiteiten erg belangrijk. Daarom willen we elke geïnteresseerde journalist uitnodigen voor een gesprek of een bezoek aan het hoofdkantoor in Leuven om met medewerkers te spreken en alle gewenste documenten in te kijken.